25 april 2024 | 5 min.

Actuele situatie in de landbouw

Vertrouwen akkerbouwers gestegen

Het vertrouwen van akkerbouwers is in het vierde kwartaal van 2023 met 6 punten gestegen naar 8 punten (figuur 3), en ligt daarmee ongeveer op het gemiddelde niveau voor de periode 2013-2023. De Agro Vertrouwensindex wordt bepaald door de stemming over de huidige bedrijfssituatie en de verwachting van de bedrijfssituatie op middellange termijn (2 à 3 jaar). Het toegenomen vertrouwen is te danken aan de stijging van de toekomstverwachting, dat wil zeggen dat de verwachting minder negatief is. Met -5 punten blijft de index echter onder het langjarig gemiddelde (-2 punten). De stemming over de huidige bedrijfssituatie is in het vierde kwartaal gelijk gebleven, en is met 22 punten gelijk aan het gemiddelde niveau in de periode 2013-2022. Een index van nul geeft aan dat de groep ondernemers die vertrouwen heeft in hun onderneming even groot is als de groep ondernemers met gebrek hieraan.

GRAF3

Figuur 3 Agro Vertrouwensindex per kwartaal, 2020-2023a

a In het vierde kwartaal van 2021 en het eerste kwartaal van 2022 zijn geen metingen verricht.
Bron: Wageningen Economic Research, A.S.R., Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Vertrouwen melkveehouders afgenomen

Het vertrouwen van melkveehouders is in het vierde kwartaal van 2023 met 4 punten gedaald tot 1 punt (figuur 3), ruimschoots onder het gemiddelde van 12 punten over de periode 2013-2023. Het afgenomen vertrouwen is het gevolg van de lagere verwachting over de economische bedrijfssituatie over 2 à 3 jaar. De verwachtingsindex daalde met 7 punten tot -13 punten, en ligt daarmee veel lager dan het langjarig gemiddelde van 4 punten. De stemming over de huidige bedrijfssituatie is in het vierde kwartaal niet veranderd, en blijft met 17 punten wat achter bij het langjarig gemiddelde (22 punten).

Saldo melkveehouderij ruim boven langjarig gemiddelde

Het saldo van het gestandaardiseerde melkveebedrijf kwam in maart 2024 uit op 22.700 euro per bedrijf (figuur 4), een vijfde meer dan de voorgaande maand en ook bijna een vijfde boven het tienjarig (2014-2023) gemiddelde van de maand maart. Het gestandaardiseerde bedrijf is een bedrijf van 112 melkkoeien met een gemiddelde melkproductie van 8.950 liter per koe.

GRAF4

Figuur 4 Maandsaldo (euro/bedrijf) gestandaardiseerd melkveebedrijfa, 2022-2024 (t/m maart)

a Een bedrijf van 112 melkkoeien met een gemiddelde melkproductie van 8.950 liter per koe.

Bron: Wageningen Economic Research.

Stijging melkprijs

Vanaf het najaar van 2023 is de melkprijs gestegen van 40 euro tot 46 euro per 100 kg in maart dit jaar (figuur 5). Dat is ongeveer gelijk aan de gemiddelde prijs over 2023 (45 euro), maar bijna een vijfde boven het tienjarig gemiddelde (39 euro per 100 kg in de periode 2014-2023). Daarin valt ook het jaar 2022 waarin de melkprijs een recordniveau bereikte van 63 euro. Het jaargemiddelde van 2022 is uitgekomen op 55 euro per 100 kg.

GRAF5

Figuur 5Maandsaldo (euro/bedrijf) gestandaardiseerd melkveebedrijfa, 2022-2024 (t/m maart)

a Een bedrijf van 112 melkkoeien met een gemiddelde melkproductie van 8.950 liter per koe.

Bron: Wageningen Economic Research.

 

Lagere kosten voor energie en kunstmest op melkveebedrijven

De gemiddelde betaalde kosten en afschrijvingen in de melkveehouderij zijn volgens de inkomensraming in 2023 met 20.000 euro gestegen tot 497.000 euro per bedrijf, 4% meer dan in 2022. Het gaat hierbij onder meer om hogere kosten voor veevoer, mestafzet, machines, werktuigen, gebouwen, rente en pacht. De kosten voor energie (elektriciteit en brandstoffen) en kunstmest dalen dankzij de lagere prijzen (figuur 6). In 2022 namen de gemiddelde kosten van veevoer, energie en meststoffen door de hoge prijzen toe met bijna 40% tot 204.000 euro. In 2023 worden deze kosten geraamd op ongeveer 200.000 euro per bedrijf.

GRAF6

Figuur 6 Prijsindices (2015=100) van enkele agrarische productiemiddelen, 2022-2024 (t/m januari/maart)

Bron: Wageningen Economic Research.

Opbrengsten akkerbouwbedrijven lager

De totale opbrengsten in de akkerbouw nemen volgens de raming in 2023 af met 7% tot 419.000 euro per bedrijf. Dat is te wijten aan de gemiddeld licht gedaalde prijzen bij lagere kg-opbrengsten van de gewassen door veel neerslag ten opzichte van vorig jaar. De graanprijs daalt naar verwachting met 30%. De gemiddelde prijs van consumptieaardappelen voor oogstjaar 2023 valt naar verwachting 10% lager uit dan in 2022, terwijl de prijs van pootaardappelen met 25% stijgt. De prijzen voor zetmeelaardappelen, suikerbieten en zaaiuien liggen in 2023 op het niveau van 2022.

Grondmonitor Figuur 7 Q3 2023

Figuur 7 Prijzen af boerderija (euro/100 kg, exclusief btw) enkele akkerbouwgewassen, 2022-2024 (t/m januari/februari)

a Enkele ontbrekende prijzen in de maanden juni en juli zijn geïnterpoleerd.

Bron: Wageningen Economic Research.

 

Kosten akkerbouwbedrijven gelijk

De gemiddelde betaalde kosten en afschrijvingen zijn voor 2023 geraamd op 303.000 euro per bedrijf, vrijwel evenveel als in 2022. De lagere kosten voor energie (elektriciteit en brandstoffen) en kunstmest in 2023 door de prijsdalingen (figuur 6), hebben de hogere kosten voor de meeste andere posten grotendeels gecompenseerd. In 2022 namen de gemiddelde kosten van energie en meststoffen door de hoge prijzen met 40% toe tot 46.000 euro. Voor 2023 worden deze kosten geraamd op ongeveer 38.000 euro per bedrijf.